De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Enschede trekt alles uit de kast om vier windturbines te weren

ENSCHEDE - De gemeente Enschede verzet zich tegen het besluit van de provincie Overijssel om Windpark Aamsveen – vier windturbines in de Zuid-Eschmarke nabij Natura 2000-gebied Aamsveen – als voorkeursinitiatief aan te wijzen.Het college van burgemeester en wethouders heeft bezwaar ingediend bij Gedeputeerde Staten en maakt zich op voor verdere juridische stappen. Volgens het college handelt de provincie niet alleen voortijdig en zonder draagvlak, maar ook in strijd met eigen afspraken en wetgevende kaders.

De gemeenteraad van Enschede heeft meermaals uitgesproken pas besluiten te willen nemen over windturbines nadat de landelijke milieunormen zijn vastgesteld om zo inwoners, grote zorgen hebben over gezondheidsrisico’s.

Dat uitgangspunt geldt voor álle locaties in de gemeente. Ondanks dat opende de provincie – zonder afspraken – het hele grondgebied voor windprojecten. Zelfs de voorlopige en indicatieve aanwijzing van het gebied rond de N18, die op nadrukkelijk verzoek van de provincie werd gedaan om openstelling te beperken, werd door GS genegeerd. ‘De provincie is willens en wetens op ramkoers gegaan’, aldus wethouder Van van den Berg. ‘Wij kunnen en willen nu niet anders dan stevig op te treden tegen deze ingezette koers.’

De gemeente wijst er in het bezwaarschrift nadrukkelijk op dat de provincie handelt in strijd met diverse door Provinciale Staten aangenomen moties en amendementen. Die schrijven onder andere voor dat vergunningverlening pas plaatsvindt op basis van vastgestelde landelijke normen, en dat nieuwe wetenschappelijke inzichten en gezondheidsrisico’s zwaar meewegen. Door nu al een project te selecteren en voor te bereiden, negeert GS expliciet deze democratisch vastgestelde richtlijnen. “De provincie ondergraaft niet alleen het lokale, maar ook haar eigen provinciale bestuur,” aldus van den Berg. “Dat is bestuurlijk onverantwoord.”

Het college laat geen enkele ruimte voor twijfel: het provinciale besluit wordt aangevochten. Er is vandaag een bezwaarschrift ingediend en er is budget gereserveerd voor juridische procedures. Naast bestuursrechtelijke stappen worden ook civielrechtelijke en interbestuurlijke acties voorbereid. De gemeente dringt bovendien aan op volledige openheid over het selectieproces en eist een onafhankelijke toetsing van de besluitvorming. Daarnaast onderzoekt Enschede samenwerking met andere gemeenten in Overijssel die vergelijkbare druk ervaren vanuit de provincie.

De gemeente Enschede blijft zich inzetten voor de energietransitie, laat het college wetr Maar dan wel op basis van wettelijke normen, lokale zeggenschap en maatschappelijk draagvlak.“We staan voor duurzame opwekking,', aldus Van den Berg, maar aar niet via een proces waarin bestuurlijke spelregels worden genegeerd en waarin inwoners, natuur en lokale democratie het nakijken hebben. Hier trekken wij een duidelijke streep.”

De brief met het bezwaar is vandaag verzonden aan Gedeputeerde Staten, met afschrift aan Provinciale Staten. Het college roept hen op om hun controlerende rol te pakken.

 

Verhaal zoonder taal

Het Verhaal van Twente is een gezamenlijk project van De Museumfabriek en Oyfo Techniekmuseum um de geschiedenis en tookomst van Twente te vertellen. Det geet geburen duur beleavenissen en dinge dee nooit earder in ’n kiekerd hebt estoan. Volgens een website van het Rijksmuseum Twenthe is het verhaal van Twente natuurljik nit statisch, want der is altied reuring en veraandering in oonze contreajen.

Publiekshistoricus Marco Krijnsen van de Overijsselacademie hef “Het verhaal van Twente” kort en beundig op-eschrewen. Det was ook de opdracht en hee hef det good edoan. Nen heeln puzzel um alle plaatsen in Twente geleufweardig an bod te loaten kommen. Vanzelf is ‘t van belang de-j good oonderstreept det Twente as gebeed biej mekoar heurt en de leu dit ook zo veult. Vanoet het verleden maakt Krijnsen dee oonderlinge verbaanden good dudelijk.

Oldenzaal as koarkelijk centrum in de middeleeuwen geet ‘t oawer. De waterweagen Regge, Dinkel en Twickelervaart. De haandelsweagen oawer laand en ‘t spoer. De textiel netuurlijk. Hee neumt verestig volksgebroeken as poasveuren en mirreweenterhoorns. En zelfs Ko van Deinse en het Twentse volkslied op de wieze van een Duuts beerversje en de Twente-vlagge met peard de-w leend hebt van Westfalen.  

Eén dinge leas ik nit. Viej kuijert oawer de identiteit van Twente. Biej haandel en bedriewigheid zegge viej zelfs det Twente van oolds stoark verbeunden is met de greansstrekke woer de leu hoaste ‘t zelfde kuijert. Mear taal as identiteitsdreager steet nergens. Ook nit det het Nedersaksisch anjager en smearmiddel wes van de economische ontwikkeling, juust duur en vuur het hele Nedersaksische taalgebied.

Dialectgoeroe Harrie Scholtmeijer van de Overijsselacademie hef in zin niejste book “Waar onze taal weg komt” oet de deuke doan hoe det zit met de “Westfaalse expansie”: een haandel vanoet Westfalen kon zik opnemmen umdet de haandelsleu mekoar konn verstoan. Het Nedersaksisch was de lingua franca van de Hanze. In kleaner verbaand in Tweante woarkt det nog zo.

Der zeent allemoale foele conclusies te trekken oawer dit gat in Het verhaal van Twente. Het gebuurt ook nog te vake. Viej hebt ‘t oawer het Twentse volkslied en det dit roonkende leed in het Hollaands is eschrewen verwoondert oons eagenlijk nooit. Ook nit de-w dit op de basisscholen in het Hollaands hebt an-eleard. In elk geval goa-w as al te bescheaiden Twentse leu nog altied heel todderig umme met een weardig communicatiemiddel as oonze taal én wat dit vuur Twente hef betekend.

Harrie Scholtmeijer en Marco Krijnsen zit mét mekoar op de Overijsselacademie. Tien minuutn met mekoar kuijern is genog um dit of te stemmen. Ik hoolde ’t er op det Marco Krijnsen het hef vot-eloaten um de startnota kort en beundig te hoolden. Want vergetten of met hen-slatern raakt de geleufweardigheid van Het verhaal van Twente.

TEKST GERRIT DANNENBERG

Kok waarnemend burgemeester te Wierden  na vier jaar  Tichelaar

WIERDEN -  De gemeente Wierden krijgt een waarnmemend dburgemeester en de keuze van  commissaris Heidema van Overijssel viel op  Gerrit Jan Kok uit Enschede per 17 juni aan als waarnemend burgemeester van de gemeente Wierden. Deze tijdelijke benoeming sluit aan op het vertrek van burgemeester Tigchelaar. De beëdiging van Kok heeft inmiddels plaatsgevonden in het provinciehuis te Zwolle.

Kok (geboren in 1960 te Enschede) heeft volgens de commissaris een brede ervaring als bestuurder. Tot oktober 2024 was hij nog waarnemend burgemeester van Losser. Daarvoor nam hij het ambt waar in Staphorst en was hij bijna vier jaar waarnemer in Haaksbergen, waar hij te maken had met moeilijke financiële en organisatorische vraagstukken. Eerder was hij gedeputeerde voor de provincie Overijssel, burgemeester van Ommen en wethouder in Enschede.

 Om de continuïteit van bestuur te waarborgen heeft Heidema besloten Kok aan te stellen als waarnemend burgemeester van Wierden voor de tijd dat de burgemeesterspost vacant is. Het besluit om deze waarnemend burgemeester te benoemen is - zoals dat heet in goed overleg tot stand gekomen met een delegatie van de gemeenteraad van Wierden.

 

Fotoconfrontatie

De tijd is dikwijls onbarmhartig: zo ben je in de bloei van je leven, vervolgens ben je maar een paar passen verwijderd van je graf. Toegegeven, het is geen monter begin voor een luchtig stukje. Voorgaande overpeinzingen grepen de eega en mijzelf bij de keel, toen van overheidswege het bericht kwam dat onze paspoorten aan verlening toe waren. Reeds dit gegeven gaf ons te denken, dat de vorige verlenging niet lang geleden was. Blijkbaar wel dus. Een volgende vraag drong zich op: was het nodig om nieuwe foto’s te laten maken?

De wederhelft begon hierover. Zij toonde haar paspoort en vroeg: “Nou? Is het wel nodig om een nieuwe pasfoto te laten maken?” Reeds vele jaren van samenzijn bracht mij tot het onmiddellijke besef, dat ik mij thans in een uiterst benarde positie bevond. Als ik de vraag direct bevestigend zou beantwoorden, dan zou zulks impliceren dat zij er inmiddels evident ouder uitziet. Zeg ik op verontwaardigde toon: “Welneeeee! Je bent geen spat veranderd!” – dan zou de burgerlijke stand-persoon haar wel eens op een schokkende wijze uit de droom kunnen helpen. Daarom repliceerde ik zuinigjes met: “Mmm: ik denk van niet, maar wat vind jij zelf?” “”Ik vind het onzin” zei mijn vrouw afgemeten.

Nu is het lastig om op een pasfoto te zien of jij die persoon nog steeds bent. Sinds het al decennia lang geleden is dat je niet meer mag lachen op een pasfoto (zólang geleden alweer?), sta ik er met dunne lippen op en kijk ik of ik zojuist een keutel heb ingeslikt. “Het is net ‘Opsporing verzocht’” vindt de eega. Nu lijkt eerlijk gezegd haar foto op een vrouw, die denkelijk in staat is om haar gehele schoonfamilie te vergiftigen. Ogen, van zichzelf mooi maar indringend, donkere wenkbrauwen en volle maar toegeknepen lippen: zou men mijn vrouw niet kennen, dan zou het Bonny kunnen zijn, de partner van Clyde.

We gaan toch maar naar de fotograaf. Eerst maar oefenen voor de spiegel.

TEKST: Erik Endlich

Rotherrie

In ons particulier vogelreservaat, dat anderen “een teringbende” noemen, zitten wij dikwijls te genieten van onze gevleugelde vrienden. Het kwinkeleert en alarmeert: dat laatste vanwege buurtkatten, die evenwel vakkundig door ons blaffende duo uit de tuin worden gejaagd. We zitten lekker vrij dankzij ons manshoge  gewas.

Tot zover lijkt het een idyllisch oord – wat het ook is – ware het niet, dat wij in een buurt wonen, waar driftig geklust wordt. Voortdurend. Dat hoeft geen probleem te zijn, als men in huiselijke kring wat schroeft, met de verfkwast wappert of een rol behang tegen een muur plakt. Maar nee: om ons heen bevinden zich lieden die zich buitenshuis bedienen met apparaten, die een zodanige rotherrie maken, dat onze conservatie zich beperken moet tot het uitwisselen van enkele kreten, die gillend worden geslaakt.  

Het is moeilijk te begrijpen waarom de goegemeente zich bedient van motorisch aangedreven materiaal in een tijd, waarin ambachtelijk handwerk zoveel voordelen biedt. Zo korten wij onze 45 meter lange beukhaag met snoeischaren. Dat is anders met de gepensioneerde  buurman ter rechterzijde, die niets liever doet dan de hele dag klussen aan zijn woning. Men kan dit begrijpen als het een bouwval betreft, maar het is een modern huis voorzien van alle denkbare gemakken.  In de loop der jaren heeft hij een dertigtal gereedschappen aangeschaft, die zonder uitzondering met een motor worden aangedreven. Het geraas, geratel en gehak is daarom niet van de lucht.

Elders is dat ook het geval: men tuiniert met apparaten, die doen vermoeden dat men bodemschatten tracht te ontsluiten.

Het werd ons zwaar te moede. Het was genoeg geweest: wij konden niet achterblijven.

Bij een lokale tuinboer, gespecialiseerd in machines, bestelden wij achtereenvolgens een hakselaar aangedreven door een benzinemotor en diverse gereedschappen voorzien van allerlei schakelaars, onder meer bedoeld om de heg  te snoeien en de grond te bewerken. Met grote oorbeschermers op zijn wij thans steeds in de tuin bezig, waarbij wij onze mechanische hulpjes op de hoogste stand het werk laten doen, Het is oorverdovend. We zullen ze krijgen, die herrieschoppers.

Jammer, maar in de tuin zitten is er niet meer bij.

TEKEKST: ERIK ENDICH

Deel dit nieuws!