De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Overigens CMXXV

Op mij oefenen rafelranden van de samenleving een enorme aantrekkingskracht uit. Vroeger had ik een eigen huis in een schuurtje. Daar bracht ik wekelijks vele uren door, rookte ik in het geniep sigaretten die ik uit het North State-pakje van mijn vader had gepakt, of heet dat wellicht gepikt...

Ik zat er op een krukje, sprak met de buurvrouw Aaltje, die het gras achter haar woning niet maaide, maar met een schaar knipte. Aaltje was  een vrouw waar God gek op is, een Kind van de Heer, want zei om de haverklap 'Jezus Maria Jozef' en altijd in die volgorde. Ze toog zeker één keer per dag  naar de kerk, en - ook als de mussen dood van het dak vielen - met een leren jas aan en gewapend met een paraplu. Ooit vroeg ik waarom en ze antwoordde dat een mens op alles voorbereid moest zijn.

Aaltje was kinderelijk eenvoudig van geloof, en ook van meer. Elke keer dat ik in het geheime schuurtje met volle teugen van mijn verfrommelde sigaret genoot sprak ze me aan, zei iets over de regen die kon vallen en over Jezus Maria Jozef. Sinds 1978 woon ik waar het schuurtje was.

Deel dit nieuws!