De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Overigens DCCCXXVIII

Soms denk ik dat ik kan zien wat nog zichtbaar moet worden. Een broer van mijn oma had dat ook. Net als ik was hij gek op onweer en weerlicht. Knetterende en schichtende luchten boven de Weitemanslanden. Apart volk, zei men. Waar dat volk meer dan terecht fier op kon zijn en was, zeg ik. Omdat ik een hunner ben, vermoed ik.

In een dagboeknotitie, al is dagboek een groot woord voor ongeordende losse gedachten op gelinieerde multomapblaadjes, noteerde ik in 1989 hoe ik me een voorstelling maakte van het leven als ik in een rolstoel terecht zou komen. Ik noteerde dat ik elke dag een rondje zou rijden via Plein, Poulie en Plantsoen. En als ik goed te pas was twee rondjes, misschien drie, of wellicht een wat langer parcours. Over het lopen met een stok dacht ik misschien wel, maar schreef ik niks op. En dat stukje loop ik nu geregeld, met stok. En dan is er nog de Roskamrode ligfiets voor de langere afstanden.

Vannacht dacht ik hoe het zal zijn als we te gelegener tijd allemaal vliegen, dankzij een kunstmatige aan- of inbouw. Weg met de oude techniek van een auto die rijdt op viezigheid als gas, olie en benzine, leve de drone die ons vervoert zonder de kans dat we met elkaar in botsing kunnen komen. En daarna komt de tijd dat we in een lab stappen dat het materiaal waaruit we bestaan, inclusief de uniek-specifieke kenmerken, op een schijfje zet en verzendt naar waar je maar even naar toe wilt. Ben je enkele seconden waar je maar wilt.

Deel dit nieuws!