De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Overigens CCLXXXIV

Hij was op de fiets, een degelijk herenrijwiel, van Enter naar Bornerbroek gekomen.  Om de tijdrit te zien.  De sfeer te proeven. Bekenden te treffen. Hij zette de fiets tegen een boom, vlijde zich om het met Louis Couperus te zeggen in een ouderwetschen, ruimen fauteuil, bedekt met oud tappisseriewerk, een gezelligen stoel. Ik zag meteen dat het op het terras van Brockie een praatstoel was, zoals elke stoel die hij bezet. Hij vertelde weer het verhaal van de brief die hij van de commissaris van destijds nog de koningin kreeg toen hij wereldkampioen werd achter de grote motoren, Brno 1969, en dat die commissaris, Jonkheer Otto Frans Antoine Hubert van Nispen tot Pannerden, hem van harte feliciteerde met het kampioenschap van Borne.

Boom is een man van verhalen. Toen hij ooit op de openbare weg werd aangereden en een passant vroeg wat er was gebeurd zei hij geen idee te hebben: ‘Dat weet ik niet, ik lig hier net.’ Hij vertelt ze graag en vaak. Er komt geen eind aan. En ze vervelen nooit. Gek is hij op zijn familie, op de gehandicapte bikers die hij begeleidt, op de kunnigen de bij hem komen als er iets loos met het mechaniek van hun fiets of zo maar voor verhalen, dat hij als geboren Markeloër kind van Enter werd. En nog elke dag fietst, iets rustiger, een jonge god van 81, categorie Hennie Kuiper.

 

Deel dit nieuws!