Orkest van het Oosten krijgt financiële man uit Goor aan het roer
Enschede/Goor - Met ingang van januari treedt de nieuwe directeur Meijer aan bij het Orkest van het Oosten. Hij volgt daarmee ad-interim directeur Van Meijl op. De in Goor woonachtige Meijer is een ervaren bestuurder die werkzaam was als bestuursvoorzitter van TNT Fashion en de Countus Groep. Tevens bekleedt hij een aantal toezichthoudende functies, onder meer bij het Bevrijdingsfestival Overijssel, Museum de Fundatie, Deltion College en Woningcorporatie Mooiland.
'We zijn blij dat we in Kees een kundige opvolger hebben gevonden die het Orkest van het Oosten naar de toekomst kan brengen, aldus voorzitter Visser van de Raad van Toezicht van het Orkest van het Oosten in een v andaag verspreid persbericht.
Visser spreekt op zijn beurt 'grote waardering' uit voor hetgeen de interim-directeur Van Meijl heeft betekend na het vertrek van de vorige directeur Mannak, die een financiële een janboel achterliet.Het orkest verkeert op dit moment in een stabiele situatie. Meijer in het comminiqué: 'Ik zie ernaar uit en ben vereerd om mijn bijdrage te mogen leveren aan het verder ontwikkelen van het Orkest van het Oosten, als ook het vormgeven van de samenwerking met het Gelders Orkest om te komen tot een hoogwaardige symfonische voorziening in de regio Oost.'
ChristenUnie
Ondertussen heeft de statenfractie van de ChristenUnie vragen gesteld aan gedeputeerde Maij van kunst en cultuur in Overijssel over (het voortbestaan van) het Orkest van het Oosten. Het statenlid Te Rietstap wil morgen in een vergadering van Provinciale Staten weten of de rijkssubsidie op losse schroeven staat nu de Raad voor de Cultuur de minister recent adviseerde voorlopig geen subsidie toe te kennen aan het orkest in Enschede, omdat er geen heldere visie op samenwerking met het Gelders orkest zou zijn en de financiële positie onvoldoende.
Overigens heeft minister Bussemaker van Kunst en Cultuur al aangegeven de subsidie, groot 3,5 miljoen euro, in weerwil van het advies te zullen overmaken aan het Orkest van het Oosten omdat het gezelschap goed op weg is, zowel financieel als artistiek, in de gesprekken met de Gelderse collegae.
Te Rietstap is er kennelijk niet gerust op en stelt de consequenties niet goed te kunnen inschatten voor het voortbestaan van het orkest en de door de provincie daaraan verbonden subsidie. Deze was namelijk op het voortbestaan van een symfonische voorziening in het Landsdeel Oost gericht.