Haka
Voorheen was ons landje vergeven van de clubs, verenigingen en genootschappen. Wie daar niet van hield was autistisch of had andere issues die deelname aan een collectief verhinderden. Inmiddels waait er een andere, meer gure wind. Gekeutel in eigen kring vindt opgang, vermoedelijk is dat autisme inmiddels veelvuldig gediagnostiseerd en verdere leest men over enge lieden die pupilletjes niet alleen begeleiden, maar ook bepotelen. Een ander legt een bom onder het verenigingsleven. Toegegeven: ik kon mij als kind reeds uitstekend zelf vermaken. Op gespannen voet met mijn individualisme ben ik toch al ruim 50 jaar lid van dezelfde atletiekvereniging.
Eerst omdat de activiteiten daar in beginsel in je uppie kunnen worden verricht, zodat je niet steeds afhankelijk bent van lieden die te beroerd zijn om op het veld of in de zaal aan te treden. Daarbij had ik een zeker talent om over horden te scheren, een hoog aangebrachte lat te passeren en een speer een fors eind verder in het gras te planten.
Daarna ging ik training geven. Lekker buiten zijn en bepalen wat de atleten moeten doen. Een voldoening gevende activiteit die ik reeds vier decennia lang met plezier verricht.
De moraal is, dat er ook voor de personen die met tegenzin huis en haard verlaten een prettig clubverband te vinden is. Men moet even de drempel over en wie weet raakt de huisvriend of -vriendin verslingerd aan een collectieve inspanning.
Overigens is bij onze loopgroep die drempel fors verhoogd. Niet vanwege de contributie of omdat er sprake is van ballotage. Neen, het ligt aan de haka.
Wij doen een haka, in grote mate geïnspireerd door wat het Nieuw-Zeelandse rugbyteam doet. Na afloop van de training stampen wij met de voeten – ondertussen wilde kreten slakend -, slaan ons vervolgens op de borst terwijl de tong buiten bungelt en wij de ogen laten rollen. Wij sluiten af met een woest “SISU!!”, zijnde de naam van onze vereniging.
De nieuwelingen die wij mogen begroeten zien wij na die haka doorgaans niet meer terug. Ach, laat ze zelf maar gaan hardlopen.
Erik Endlich


