De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Pensioenperikelen

Binnenkort is het gedaan voor mijn wederhelft. Althans: qua werk. Zij gaat mij achterna en zal eveneens zonder werk zitten. Overigens zonder ontslagen te worden: mijn eega bereikt over enkele weken de pensioengerechtigde leeftijd. Dan zit ook zij thuis. Zulks suggereert dat wij gezamenlijk op de bank of separaat op een stoel zitten en blij keuvelen over hoe het was en of die en die nog wel leven. Maar nee: die gedachte is ons een gruwel. We proberen elkaar namelijk  zoveel mogelijk te vermijden. Zeker niet omdat wij kat en hond zijn, sterker: we zijn ongelooflijk hecht.

Maar het was reeds vanaf ons prille samenzijn  duidelijk, dat wij voor een belangrijk deel onze eigen weg moeten bewandelen wil ons huwelijk slagen.  Beroepshalve zeker. Terwijl mijn vrouw steeds een creatief vak had,  zat ik te typen in ambtelijke kringen. In de vrije tijd beweegt zij zich tussen tuin en tekentafel, ik kar naar de sportvereniging en schrijf stukjes als deze. We lezen verschillende kranten en tijdschriften. Het is vanzelfsprekend een keuze en menig echtpaar is onafscheidelijk: ze e-biken getweeën, lopen hand-in-hand naar de super, helpen elkander met het oplossen van een kruiswoordpuzzel, knippen elkaars nagels. Jakkie. Ieder z’n ding zullen we maar zeggen.

Het gevaar is natuurlijk dat wij zozeer bezeten zijn door de gedachte om niet klef bij elkaar te gaan zitten, dat wij gejaagd bezig zijn steeds iets anders te doen. Ik spoed mij met hengel naar de waterkant, mijn partner plukt onkruid, ik kom thuis en zij doet boodschappen. Wel is er momenteel consensus over de lunch en het diner, die wij gezamenlijk wensen te nuttigen. Ontbijt niet, omdat ik dat zeker een uur eerder soldaat maak, aangezien ik zeer vroeg de bedstee verlaat.

Over de huishoudelijke taken zijn wij in een moeizame onderhandeling, waarbij in beginsel vaststaat dat ik de vaatwasser uitpak en zij al het andere doet. Althans: dat is mijn voorstel. Dit  stuit op verzet. Het zit ‘m met name vast op  het stofzuigen, waarbij haar schrikbeeld is dat ik, de krant lezend, afwezig de voetjes van de vloer doe zodat zij aldaar kan zuigen.  Ook weigert mijn vrouw alles af te stoffen, dit vanwege het gevaar dat ik met een vinger over moeilijk bereikbaar plekjes ga met de opmerking: “Noemen wij dit schoon?”. Ook vindt zij, dat ik moet doorgaan met WC en badkamer te reinigen aangezien ik in die werkzaamheid expertise heb opgebouwd. Ik werp tegen, dat zij daar straks óók tijd voor heeft.

We moeten wel opschieten met die taakverdeling, want ze mag nog maar twee weken werken.  Een kabinet vormen gaat vermoedelijk sneller.

 Erik Endlich

Deel dit nieuws!