De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Overigens DCCCLXII

Ze vroeg me of het niet iets zou zijn er nog een therapietje tegenaan te gooien. Want ze had gehoord dat er misschien toch nog wat verbeteren zou zijn, dat been wellicht of anders misschien die arm. Niet dat ik alsnog hardloper of kickbokser zou worden, maar een vinger aan de linkerhand die zomaar opeens weer zou bewegen, of een teen aan de linkervoet die plotseling als in een lichtflits beweging zou vertonen, dat zou toch mooi zijn.

Daar was een machine voor, zei ze, een doorontwikkelde versie van een strompelmachine-met-lopende band, waarop ik - volgeplakt met draden, snoeren, lampjes, pluggen en lappen, bij mekaar gehouden door touwen, een halve marathon had gezwoegd, met fysiotherapeut Ruth Huurneman van Het Roessingh en de hooggeleerde biomedicus Albert van den Berg van de UT als nieuwsgierig publiek, zonder enig resultaat anders dan vermoeidheid.

Toen ze dus zei dat dat er een therapietje was, een verbeterde machine, toen zei ik dat ik goeie maatjes ben geworden met mijn linkerbeen en mijn linkerarm, ofschoon het houtje-touwtje is, maar dan wel mijn houtje-touwtje, en ik wist dat dat zij hét en dé enige is dat ik dat en die ik nodig heb. Want wat zou het leven zonder de liefde zijn...

Deel dit nieuws!