De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

DCCLXXXI

Er zijn van die dagen dat alle ruiten beslagen zijn. Zo'n dag dat elke voetstap of handdruk zin ontbeert. Het is koud op een zomerse dag. Er lijkt doel noch nut, oorzaak noch reden. Het vriest ofschoon de zon schijnt - zo'n dag.

Tot je oog een tuinmier vangt, een koolmees ziet, een spinsoort treft. Al die bedrijvigheid ineens, al die drukte om te bestaan. De mier, de mees en de spin hebben geen last ván de dag, ze zijn ván de dag en leven bij de dag.

Er zijn van die dagen dat je even op gang moet komen, en dan werkt het bestuderen van een insect heilzamer dan het slikken van een een medicijn. Nu zou ik willen uitweiden over de zijdespin. Niet dat ik die zag, ik volgde vanochtend vermoedelijk de levensvervulling van een brigittea, maar ik las in in een krantenknipsel uit 2014 hoe spinnen zijde maken, van vocht uit tepels dat ze na afscheiding uitrekken tot draden en vervolgens laten harden, wat goed is voor het sterkste natuurlijke materiaal ter wereld en nog rekbaar ook. Dat lijkt godebevolen wonderlijk, maar is - strikt letterlijk - natuurlijk evolutionair.

Dit proces duurt nu al miljoenen jaren. Het is een boeiende wereld. Dat is hetzelfde als een dag die volkomen nutteloos lijkt, een web waarin je soms gevangen zit, maar dat zijn eigen bedauwde en goudbeschenen rag krijgt, spinweefselzacht en zijdedraadsterk. Zie de insecten en pluk de dagen. We zijn minder noch meer.

Deel dit nieuws!