De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   
  • Home
  • Home
  • Nieuws
  • Bij het overlijden van het beste van Schaefer en Wibaut in Almelo

Bij het overlijden van het beste van Schaefer en Wibaut in Almelo

Almelo - Vroeger was alles zeker niet beter, laat die vaststelling voorop staan, maar laat dit er dan worden toegevoegd: sommige dingen wel degelijk. En zeker de essentialia in het politieke bedrijf. Van Mierlo zou bij het zien en het horen van zijn erfenis-kwanselaar Pechtold meteen eloquent en met zwier bedanken voor de partij die hij in 1966 grondvestte. Van Mierlo was met types als Den Uyl en Wiegel een man van de jaren zeventig en tachtig. Politiek was onder veel meer ook een wereld van branie en bravoure.

In de gemeente Almelo stond de deze week overleden ex-wethouder De Vogel aan de basis van politiek met dezelfde branie en bravoure. En met idealen die bij die tijd pasten; de tijd van de maakbaarheid. Hij was daar in Almelo zo ongeveer de belichaming van, een bestuurder die als geen ander ten onzent het zogenoemde wethouderssocialisme aankleefde.

De Vogel stond destijds aan de basis van de nieuwe binnenstad, waarover veel te zeggen valt, maar vooral dat het een deerlijke vergissing is gebleken. Niet voor niets wordt het meeste nu weer afgebroken, al blijft dat open riool, die afvalgoot waar nog geen bever overleeft – destijds aangelegd tussen V&D en Hema - naar het schijnt intact. Het was een knieval van De Vogel voor het Nieuwe Stedenbouwkundig Denken, met een gewezen topambtenaar en moderne adviesbureaus als geestelijke vaders, die elk voor zich dik aan het uit lucht en leegte bestaande Niks verdienen, maar nooit ergens op zijn af te rekenen.

Het was een misstap van de eerste orde, maar het doet niks af aan de grote verdiensten van een wethouder die veel betekende voor de dringend noodzakelijke stadsvernieuwing in Almelo, met name in de arbeiderswijken rondom het stadscentrum die hij stuk voor stuk, van Java tot Indië en van Westeres tot Oosteres 'met behoud van oud' sociaal-hygiënisch en economisch-modern maakte, van achterbuurten tot krachtwijken, al bestond die term in de jaren zeventig en tachtig nog niet. De Vogel was een mix van Schaefer en Wibaut in Almelo, gietijzeren én een ijzerenheinige bouwers, die wisten dat emancipatie en gezondheid met een goede en betaalbare woning begint en daarbij fouten maakten, omdat er spaanders vallen waar gehakt wordt. De Vogel wist donders goed dat de grafelijke textielstad met zijn feodale trekken zich nooit aan de stad zijner geboorte Delft zou kunnen spiegelen, maar vanuit zijn sociaaldemocratische bouwdrift kon ze wel herrijzen. Wat op die mislukte binnenstad na De Vogel prima gelukt is.

Er is over deze periode meer te zeggen, want in de tijden van wethouder De Vogel was de politiek politieker dan nu. En de PvdA was de grootste partij van Almelo, tien jaar na Den Uyl haalde de sociaaldemocratie met De Vogel als lijsttrekker op de boorden van de Aa liefst vijftien zetels, bijna de helft van de beschikbare raadszetels, nooit eerder vertoond. Alleen het dankzij de fusie van ARP, CHU en KVP in 1978 gevormde CDA bleef redelijk in de buurt en beide partijen regeerden de stad, beide ook met twee wethouders, en verder mocht de liberaal Pingen en paar periodes aanschuiven op Financiën. Deze jonge VVD-accountant kon als gewezen boekhouder van Egger de cijfers mooi neerzetten, maar na de monsterzege van de PvdA wilde het politieke dier De Vogel de buit verzilveren en hij eiste en kreeg drie wethouders. Zelf zat hij muurvast op Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting, zijn collega Stuivenberg deed Welzijn, Economie en Cultuur en de jonge PvdA-techneut Altena en later de onderwijzer Kuiper schoven aan voor Arbeid, Onderwijs en Restanten. Het was een door en door politiek trio, met verpolitiekte medewerkers, want vooral De Vogel en Stuivenberg vormden ambtelijke diensten die hondstrouw en hyperhandig waren - de oppermatrozen Haakmeester, De Vries en Vermeulen.

De goede verhouding met het CDA werd gekoesterd, een cultuur van geven en nemen, wij gunnen jullie wat en jullie gunnen ons wat. In het college was CDA-wethouder Van der Kooij het Almelose equivalent van Margareth Thatcher, sociaal bewogen in maliënkolder. De van oorsprong vakbondsman De Vogel, de mediagenieke subsidieritselaar Stuivenberg en dus de geharnaste maatschappelijk werkster Van der Kooij bestuurden gedrieën de stad, de tweede CDA-wethouder (of die nou Kamphuis of Van Gessel heette) en de derde PvdA-wethouder speelden voor spek en bonen mee - uitgezonderd de CDA-wethouder en grondverkoper Holsbrink met zijn slimme boerenverstand.

De Vogel was de hoofdrolspeler en kon dat mede zijn door drie CDA’ers die hem half stonden: naast collega-wethouder Van der Kooij ook burgemeester Schneiders en – voor zeker de belangrijkste - fractievoorzitter Koetsier, die niet alleen de scepter zwaaide over zijn christendemocratische kudde, maar ook de andere schapen in het stadhuis aan het Baken te Almelo hoedde.

Koetsier was voor de raad en voor de verhoudingen in de vergaderzaal wat De Vogel was voor het college en voor de verhoudingen in de stad en het stadhuis, en Schneiders klonk en dronk erop (bij de Griek of bij Elshuis) en zag dat het goed was. Schneiders overleed in 2002, Van der Kooij in 2006, Koetsier eind vorige maand en De Vogel begin deze week.

Een periode is afgesloten, een periode waarin politiek meer tot de verbeelding sprak dan nu, meer leefde en in menig opzicht meer betekende. De profielen der partijen én politici waren geprononceerder, scherper zelfs en het was minder één-pot-nat, zonder liflafferij, minder vergader-technische trucs en wars van dualistische opsmuk.

Nee, vroeger was niet alles beter, ook niet in de politiek, het waren geen heiligen, maar ze wisten beter dan veel huidige politici dat met beraadslaging en uitruiling soms meer kan worden bereikt dan met interruptiemicrofoongeilheid. Koetsier gaf iedereen iets tijdens begrotingsdebatten, kruimels bij het uitklappen van het tafellinnen. Zo kreeg de volkse communist Schepers straten vernoemd naar Rosa Luxemburg, Joke Smit en Roosje Vos, de liberale metaalbaron Stork (hij leeft en doet als LASser nog actief aan politiek) kreeg een ruiterpad en zo werd er meer speelgoed voor de bühne verdeeld. De kinderen werden zoet gehouden, met zo hier en daar wat lekkers. Ondertussen kon De Vogel, die alle procedures uit z’n hoofd kende en ze al naar gelang het hem uitkwam inzette om iets te regelen of juist te voorkómen, zijn gang gaan. Hij koesterde zijn kennisvoorsprong en zette er de gemeenteraad mee voor het blok naar het hem uitkwam.

Het was De Vogel ten diepste om zijn ideale samenleving te doen, een samenleving die volgens de PvdA van toen máákbaar was. Daar was hij heel principieel in, zó principieel dat hij, hoewel het in Almelo niet verplicht was, wel zelf een woning had met erfpacht, in het Windmolenbroek, de Vogelbuurt…

Zo heeft elk tijdsgewricht zijn eigen mores en is elke politieke periode tijdgebonden. Uiteindelijk had De Vogel de hele stad in zijn zak, en de gemeenteraad erbij, regeerde hij als een keizer me absolute macht, maar ook hier was Brutus in de buurt, want enkele aanstormende jonge partijtijgers (onder wie Kees Trommel en Jan Lonink) pleegden een coup in de aanloop naar een ledenvergadering (vaststelling kandidatenlijst), plantten De Vogel die te veel macht in stad en partij zou hebben, een dolk in de rug. De wethouder en beoogde lijsttrekker wist dat hij die zorgvuldig voorbereide afzetting niet kon voorkómen, besefte dat zijn carrière over was en kwam niet eens meer naar wijkcentrum De Kolk omdat hij ervoor paste ‘en plein public’ te worden vernederd door jonge honden die blaften én beten. Hij ging met zijn tweede vrouw in Amerika wonen, maar kwam uiteindelijk terug, en overleed afgelopen week in een zorghuis te Delden.

Vandaag stelt de huidige gemeenteraad van Almelo de Perspectiefnota vast en de contouren van de begroting voor volgend jaar. Het zou goed zijn een moment te kiezen om even stil te staan bij het overlijden van de beste Almelose wethouder van het laatste kwart van de vorige eeuw, om vervolgens fris van de lever besluiten te nemen om de gevolgen van ’s mans grootste vergissing in de binnenstad van Almelo weg te scheren en pleite te foppen teneinde er alsnog iets moois van te maken.

Vroeger was zeker alles niet beter, laat die vaststelling voorop staan, maar laat dit er dan aan worden toegevoegd: sommige dingen natuurlijk wel.

Deel dit nieuws!