De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Overigens LXVI

Het was vandaag een Ruisdaeldag. Daar heeft een mens, in elk geval ik, want laat ik voor mezelf spreken, er per jaar minstens een stuk of zeven van nodig. Ze komen het beste tot hun recht in vlak land. Mijn voorkeur heeft dan de Weiteman, ook wel de Weitemanslanden genoemd, het ontginningsgebied tussen Geesteren, Vriezenveen en de Schelfhorst. Ook het Aamsveen en de Schaddenbelt lenen zich op een Ruisdaeldag voor een tocht, bij voorkeur alleen maar dat geldt voor alle tochten. Je hebt al je aandacht nodig voor de luchten, de wolken, de kleuren.

Ruisdael heb ik ontdekt in mijn tienerjaren en zoals bijna alles heb je ook voor het waarderen van luchten je leraren en ervaringen nodig. In mijn geval was het een lerares, even oud als ik, zestien jaar. We waren te jong en te bleu om verder te gaan toen we behalve in de Weitemanslanden ook in de wolken geraakten. Het stormde in ons, het woei, blies en kolkte - en een mij toen onbekende schilder penseelde een belofte. Ze wilde niet wat ik wilde en ik dorst  niet wat zij begeerde. Er werd die namiddag in september 1975, in de berm aan nabij de kruising van de Horstweg en de Delmarweg naar de hemel getuurd, want daar voltrok zich wat zich in onze buiken slechts aankondigde. Sindsdien zijn Ruisdaeldagen voor solotochten, dat onstuimige verlangen naar ooit én nooit.

Gezien de hoge luchten daar kan Ruisdael ook in de Weiteman vertoefd hebben, bijvoorbeeld toen hij precies 325 jaar geleden op één van zijn vele reizen van zijn moederstad Haarlem naar het kasteel van Bentheim trok en onderweg schetste, ook de watermolen van Singraven, en alles met lucht en leegte vastlegde. Waarbij het ging om de wolken, stapelwolken, de kleurluchten, druipend van dreiging, dampend van dreiging. En overigens, in de jaren dertig waren er plannen in de Weiteman een nieuwe stad te bouwen. Een gedroomd Waterrijk, een oord van aankondigingen en beloftes.

 

Deel dit nieuws!