De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Overigens XIII

Er woedt in Hengelo een discussie over de binnenstad. Er zijn schone plannen, maar je moet wel een sterk geloof hebben om te denken dat er een keer iets van op de klos komt. Ik kwam dezer dagen een knipsel van acht jaar geleden tegen. Wat dacht je wat, precies, niets gebeurd, nog geen begin van een begin. De binnenstad van Hengelo is een gebed zonder einde. Bidden tot je een ons weegt in een eindeloos dorp.

Je mag grote plannen maken en vergezichten laten zien, maar tussen al dat vergaderen, al dat inspreken en uitfaseren door, met al dat gekwek en gekwaak over de grote toekomst, dient het kleine heden gekoesterd.  Mooi hoor, al die ideeën over de bouwerecties van de hedendaagse architectuur, maar kom eens klaar met de stedenbouwkundige archipunctuur in de hoeken en gaten van de stad. Het kan, zelfs in het stadje zonder stadsrechten aan de Berflobeek, zie de Drienerstraat, die wél pronkt en parelt.

Neem de HeArt Gallery in het oude pand van Jan Brok. Geweldige ruimte, sprankelende exposities (dit weekend gaat er weer één van start), bijzondere initiatieven en zo voort en zo verder. Moet misschien dicht, wegens gebrek. Neem ook Museum Hengelo, de geschiedkundige schatkamer van het dorp, met tal van voor het historisch en cultureel bewustzijn relevante activiteiten.  Neem ten derde het reizende circus van Grote Pier, dijkgraaf der beeldende kunsten in tijdelijke ruimtes, in de schaduw van Huys Hengelo.

Zo is er meer.

Bij elkaar belangrijker dan de kleur van de nieuwe stenen in de Enschedesestraat, dan de looplijnen (ook al zo'n woord), naar de nieuwe winkelstraten, dan de honderden plekken voor de menagerie die ze in Hengelo al bedacht hebben voor hun wipkippen, jachthonden en bronsberen en de boompjes die bij de treurbunker van dat nieuwe stadhuis/stadskantoor komen te staan (alles mag zolang het geen blauwe ceder is).

Hijsch hem op.

Deel dit nieuws!