De Roskam op Twitter    De Roskam op Facebook   

Overigens VII

De geest geven op de dag van de arbeid heeft iets heroïsch en heldhaftigs. Het werk is nog niet gedaan. Als de eerste mei behalve de dag van de arbeid ook nog de dag van de hemelvaart is, dan ademt het ook nog eens iets hoopgevends.

De dag van de arbeid en hemelvaartsdag komen samen in het vergezicht dat de apostel Johannes schetste: in het Huis mijns vaders zij vele woningen ('Ik ga heen om u plaats te bereiden'). Die moeten natuurlijk wel worden gebouwd, en mocht dat al gebeurd zijn, dan moeten ze nu van het gas af en van zonnepanelen worden voorzien. Zo is er altijd wat.

Hoe kom ik hier nu weer op? Ik las vanmiddag een krant van tien jaar geleden (NRC 5 mei 2008) en  stuitte op de neerslag van een gesprek dat Elsbeth Etty had gehad met  de weduwe van Han Voskuil. (Zal die Etty de biografie van Willem Wilmink ooit afronden, of hoe zit dat? Wellicht behoort het tot de vele schone voornemens in de droesem van café Smalle.)

Het inteview met Lousje Voskuil-Haspers is zeer lezenswaardig. Het zijn monumentjes die hij vindt die bewaart. Oude kranten staan vol nieuws dat op de openbaring wachtte. Dat kan zomaar tien jaar duren. Over de zelf gekozen dag des doods (1 mei 2008)  van Voskuil, over 's mans innerlijke noodzaak om te schrijven en het schrijverschap als een verbeten streven jezelf te doorgronden, hoe onbereikbaar dat wellicht ook is, daar zal het Voskuil om te doen zijn geweest. De kracht van het najagen van het onbereikbare is dat het om de poging gaat.

Deel dit nieuws!