‘Heel vaak sprake van fraude bij een bedrijfsfaillissement’

Almelo – In tachtig tot negentig procent van de bedrijfsfaillissement is er sprake van fraude. Dat stelt curator Weenink van het advocatenkantoor Van der Hel in de papieren versie van de Roskam. Het gaat volgens hem vaak om het weghalen van  schilderijen, het verstrekken van leningen of het ontvreemden van goederen.  “We leggen dat wel voor aan het Openbaar Ministerie, maar het is frustrerend dat het door tijdgebrek vaak op een grote stapel terechtkomt”, aldus Weenink. De curator heeft verder grote kritiek op de banken. “Banken hebben vaak maar één belang en dat is eigen belang. Welke banken? Ach, ze zijn allemaal hetzelfde. “ Het stoort Weenink ook dat een bank bij een faillissement met kunstgrepen activa aan een bedrijf onttrekt.

Niet alleen de banken moet het ontgelden, ook de accountants laten volgens Weenink grote steken vallen. “Die kunnen toch een boekhouding lezen. Dat ze dan niet ingrijpen. Onbegrijpelijk.” Tenslotte hekelt de curator veel ondernemers. Ze houden te lang de schone schijn op, blijven in een dure auto rijden, behangen hun partners met goud en trekken geld uit de BV. “Sommigen zijn privé enkele tonnen verschuldigd aan de onderneming.” Ook ziet Weenink vaak dat bedrijven bewust failliet gaan teneinde een doorstart met veel minder personeel mogelijk te maken. Hij plaatst in de Roskam “morele vraagtekens” bij de faillissementspraktijken. Verder laat hij weten dat er nog veel faillissementen volgen. “De hausse moet nog komen”, voorspelt hij.